Australie & Fiji

10 juni 2014 - Vancouver Island, Canada

Bula!

De eerste stop na Cairns was Townsville. Townsville is een gezellig en klein kustplaatsje. De meeste mensen stoppen hier om een bezoek te brengen aan Magnetic Island. Ik heb hier alleen een stop gemaakt om een knip te hebben in mijn reis naar Airlie Beach. Vanuit Airlie Beach vertrok ik met een catamaran richting de Whitsundays, een eilanden formatie voor de kust. De Whitsundays is vooral bekend vanwege Whitehaven Beach, het ziet eruit als een prachtig wit zandstrand maar is eigenlijk een mineraalsoort en geen zand. Vanwege hoog- en laagtij verschuiven de mineralen en veranderd het uitzicht elke dag. Ik heb drie dagen doorgebracht op de boot en veel gesnorkeld. Ik heb doflijnen gezien, zeeschildpadden en  weer veel mooie vissen. Een keer moesten we het water in terwijl er 60cm grote vissen rondzwommen. De bemanning van de boot gooide voer in het water waardoor er steeds meer kwamen. De vissen zijn echt lomp en beuken alles opzij om bij het voer te komen. Ook jou. En een klap met het achterlijf van zo’n beest voel je best wel.

Na de Whitsundays en Airlie Beach ben ik verder afgezakt naar Mackay, waar ik een vriend van een vriend van mijn vader trof. Jon, hij woont in Australië, is eigenlijk met pensioen maar kan niet stilzitten en werkt daarom in het bedrijf van zijn zoon. Hij had gratis overnachtingen kunnen regelen voor mij in een mooi motel. Heerlijk om een privé kamer en badkamer te hebben. Eigenlijk is er in Mackay niet zoveel te zien, het is vooral bekend om de vele mijnen in de omgeving. Ik heb van een afstand de mijnfabriek gezien en wat uitleg gekregen. Verder zijn we naar de Finch Hitton Gorge gegaan, waar een mooie wandeltocht ons naar de waterval leidde. Jon nam me mee naar een super luxe restaurant waar ik steak gekregen heb. Hij betaalde elke dag voor mijn maaltijden en ik voelde mij een beetje bezwaard. Ik heb nog geprobeerd hem een drankje aan te bieden maar daar wilde hij niks van weten. Na Mackay ben ik weer in de Greyhound gesprongen richting Hervey Bay. Vanuit Hervey Bay heb ik een driedaagse tour gemaakt naar Fraser Island.

Fraser Island kent een hoofdweg, de rest bestaat uit zand. We kregen instructies over het rijden op het strand en vertrokken met vier 4WD Jeeps richting het eiland. De eerste dag hebben we Lake Birrabeen, Lake Wabby, Central Station en Wanggoolba Creek bezocht. We zaten met zeven mensen in de auto, een leuke groep. We sliepen in tenten, maar onze camp ground was niet omheind. Dit betekende dat er ’s avonds dingo’s het kamp inkwamen. Als je moest plassen moest je twee mensen meenemen die zogeheten ‘dingo sticks’ bij zich droegen. Metaalachtige stokken om eventuele dingo’s die te dichtbij kwamen een pak slaag te verkopen. Het was mating season en de dingo’s konden wat onvoorspelbaar zijn. Dingo’s zien eruit als lieve honden, maar gedragen zich als hyena’s. We kregen dan ook duidelijke instructies hoe om te gaan met dingo’s. Een regel was alleen eten in de auto, tijdens de lunchstop en in het kamp bij de eethoek. Geen eten in de tenten, de dingo’s komen binnen. Eten werd dus bewaard in de jeeps. Natuurlijk zijn er altijd mensen die de tien waarschuwingen van de gids niet gehoord hebben en dus werd er een zak chips opengetrokken op het strand. Gelukkig voor iedereen waren er geen dingo’s in de buurt.

Het enige dodelijke ongeval met dingo’s vond plaats op Fraser Island. Op Fraser Island zijn de dingo’s sowieso agressiever dan in de outback (waar ik alleen de sporen van dingo’s gezien heb). Een stel met twee kinderen voerde dingo’s chocolade cake. Toen dat op was wilden ze weggaan, maar de dingo’s wilden meer cake en werden agressief. Toen begon het gezin te rennen. De baby is overleden aan de aanval, hun andere kind raakte zwaargewond, maar overleefde de aanval. In onze groep was een Engelse meid super dronken en raakte midden in de nacht verwikkeld in een gevecht met zichzelf. Ze stond tegen zichzelf te krijsen alsof ze schizofreen was of zo. De volgende ochtend vertelden haar tentgenoten dat ze de tent uitgerend is, zij zijn haar niet achteraan gegaan maar was nu onvindbaar. De gids raakte bezorgd en was bang dat ze aangevallen zou zijn door dingo’s. Uiteindelijk vond ik haar in een kapotte tent. Ze heeft erg veel geluk gehad, als de dingo’s gewild hadden, hadden ze haar tent in kunnen gaan. Ik werd wakker door dingo’s die aan de rits van de tent probeerden te trekken. Ik trok aan de andere kant en toen renden ze gelukkig weg.

De tweede dag hebben we een bezoek gebracht aan Indian Head, een uitzichtpunt, de Champagne Pools, Kingfisher Bay en Lake McKenzie. De laatste dag hebben we de Pinnacles, Maheno Shipwreck en Eli Creek bezocht. Een bezoek aan Fraser Island zonder Maheno Shipwreck te zien is onmogelijk. Op mijn vraag wat het wrak zo bijzonder maakt kwam het antwoord ‘Don’t know, it’s just a Shipwreck and everybody stops there for a picture’. Ik dus ook!

Na Fraser Island ben ik doorgegaan naar Noosa Heads. Hier heb ik een wandeling gemaakt langs de kust. Erg mooi. Ook zag ik hier een Echidna, een soort stekelvarken, dat op die plek erg speciaal schijnt te zijn volgens de locals. Ook heb ik de Noosa bushcamp gedaan. Een echte uitdaging. Er was geen programma beschikbaar, dus iedereen hing de hele dag films te kijken in de gemeenschappelijke ruimte. De nacht werd doorgebracht in een dorm waar ook ratten graag hun nacht doorbrachten. Gelukkig heb ik er geen last van gehad. De tweede en derde nacht moesten we in tenten slapen. Ik had een tent voor mij alleen. Het regende echt super veel, dus al mijn spullen waren klam en stonken. De tweede dag hadden we een kanotocht zonder gids. Twee uur peddelen naar het ene punt en twee en een halfuur terug. Terug kwam het noodweer opzetten en moesten we alle zeilen bijzetten om niet het open water opgesleurd te worden door de wind. De derde dag was de kanotocht maar een uurtje retour en was het stralend weer. Een groep pelikanen gezien en verder vooral veel bebossing.

Vanuit Noosa Heads ben ik doorgereisd naar Brisbane. In Brisbane hangt een relaxte sfeer maar in de stad zelf is niet veel te beleven. Met een Zwitserse meid ben ik naar de Koala Sanctuary gegaan. Een grote Koala opvang, waar ook een kinderboerderij is, veel kangoeroes, krokodillen, platypuses, Tasmanian Devils en vogels. Hier ben ik op de foto gegaan met een koala. Eerst vond ik het zielig dat de beesten de hele tijd opgepakt werden door Jan en alleman, maar elke koala wordt misschien vier keer per dag vastgehouden. Ze worden erg goed verzorgd en elke dag worden de eucalyptus takken ververst en worden ze ook uit de takken gehaald. Ze zijn het dus gewend om aangeraakt te worden. Je krijgt goede instructies hoe je de koala vast moet pakken. Als je het verkeerd doet, poepen ze je onder. ’s Avonds zijn we in the Brisbane Wheel geweest. Een soort London Eye. De dag erna ben ik met een Taiwanese naar D’Aguilar Range National Park geweest, waar we eigenlijk gehoopt hadden op watervallen, maar die bleken 40km van de entree af te liggen.

Na Brisbane stond Byron Bay en mijn skydive op het programma.  Om 7.00u moest ik klaarstaan bij de bushalte en werd daar opgepikt. Na wat papierwerk kon ik met de eerste groep mee het vliegtuig in. Om 8.10u zat ik in het vliegtuig en om 8.35u stond ik weer op de grond. Eerst werd iedereen in een soort harnas gehezen, daarna kregen we instructies over het uit het vliegtuig springen en landen. Als je op het punt staat uit het vliegtuig te springen moet je hoofd achterover, tegen de schouder van de instructeur aan, benen onder het vliegtuig gebogen en de instructeur duwt je als het ware vooruit het vliegtuig uit. Met landen moet je je benen helemaal optillen zodat de instructeur de landing op kan vangen. Op het moment dat je het vliegtuig uit springt maak je eerst met een noodgang een aantal koprollen voordat je met je gezicht naar beneden verder naar beneden zeilt. De instructeur klapt ergens gedurende de val de parachute open en met een ruk hang je ineens rustig inde lucht. Het uitzicht was super! Ik heb ook zelf nog even de parachute bediend en van rechts naar links gevlogen. Skydive is echt een aanrader!

Coffs Harbour was de laatste bestemming voor Sydney. In Coffs Harbour sliep ik in een dorm met wat meiden en samen hebben we een auto gehuurd en zijn naar het Dorrigo National Park gereden. Hier hebben we wel watervallen gezien en een twee uur durende wandeling gemaakt. Daarna wilden we nog zwemmen bij de Dangar Falls, maar bij aankomst bleek de waterval in de schaduw te liggen en was het te koud om te zwemmen. De twee dagen dat ik in Coffs Harbour was, ben ik beide dagen naar Morriton Island gelopen. Aan de andere kant van het eiland zou ik met een beetje geluk walvissen kunnen spotten. Ik heb ze beide dagen gezien. Echt fantastisch!

In Sydney was het Vivid Festival aan de gang, vergelijkbaar met Glow Eindhoven maar dan net even wat uitgebreider. De watershow was echt super. Ze projecteerden een diashow in waterstralen en waterdampen. Ook het Opera House was mooi verlicht. In mijn dorm sliep nog een Nederlandse meid en samen zijn we naar Maleficent geweest in de bioscoop. Een leuke film. De laatste weken in Australië ben ik in ieder geval niet alleen geweest. Ook heb ik nog even een bezoekje gebracht aan Bondi Beach met een Duitse jongen met wie ik in Coffs Harbour in hetzelfde hostel zat, maar het begon toch echt winter te worden en dus te koud om op het strand te hangen.

Gelukkig bracht Fiji uitkomst. Er was een of andere wisseling in luchtdruk aan de gang, dus de eerste twee dagen was het weer benauwd, vochtig en te warm. Zo zou het weer eigenlijk in het regenseizoen moeten zijn. De eerste twee dagen verbleef ik in Nadi aan het strand bij ‘Mama’s’ een oude vrouw die met haar dochters een hostel runt. Iedereen moet de vrouw ‘mama’ noemen. Vanaf  Nadi ben ik naar het eiland Mana gevaren en heb gelogeerd in het Ratu Kini hostel. Ratu Kini is het enige dorpje op het eiland Mana en het hostel staat er middenin. Je maakt dus echt deel uit van de community. Naast mijn dorm stond een school en ik heb nog even rekenles gegeven. Ja,ja wie had ooit gedacht dat ik nog eens zou uitleggen hoe je 354 – 268 uitrekent. Helaas kon ik daarna niet meer rustig door het dorp lopen en ook mijn dorm genoten werden belaagd. Zij moesten iedere keer uitleg geven waarom ik niet in de klas aanwezig was. De kinderen zagen in mij de nieuwe juf. Twee dagen later riepen ze mijn naam nog. Knap dat ze die konden onthouden. Een super ervaring. Verder heb ik eigenlijk een beetje strand gehangen. Ook dat kon niet rustig, iedere keer lagen er drie honden naast mijn bed die alle aandacht wilden. Aaide ik de een, werd de ander jaloers en begon de andere honden uit te dagen en tegen mijn ligbed aan te plassen. Ik heb een snorkeltrip gemaakt naar de ‘Sandbank’, gehoopt om wat rifsharks te spotten, maar helaas waren die die dag blijkbaar naar ‘the Supermarket’ een populaire duikspot waar ze een flink aantal haaien gezien hadden en schildpadden. Er waren een hoop puppy’s geboren. Helaas willen ze niet meer honden op het eiland en dus vermoorden ze ze. De moeder van de puppy’s is gedood en nu was het het wachten op de jongen. Een hond die drie weken eerder geworpen had begon de puppy’s te zogen, maar toch overleed de helft van het nestje in vier dagen. Alle honden hebben een eigenaar, maar de beesten leven als zwerfhonden. Als de eigenaren genoeg hebben van hun hond vergiftigen ze die. Erg zielig en voor mij onbegrijpelijk. Ik snap dat ze niet teveel honden willen op het eiland en dat sterilisatie te duur is, maar als je al zo nodig een hond moet omleggen doe dat dan als ze nog zwanger is of zelfs voor die tijd i.p.v. als ze net geworpen heeft.

Fiji doet me erg denken aan Azië, er zijn voor mij overeenkomsten in uiterlijk van de mensen, bebouwing, natuur, eten, in uiterlijk en gedrag van de mensen. Ze zijn super vriendelijk als ze willen dat je iets van ze koopt, maar zodra blijkt dat je daar geen interesse in hebt zijn ze uiterst onvriendelijk. Mannen vallen je continue lastig. In de laatste dagen heb ik weer tien keer gehoord dat ik zo ontzettend mooi ben en dat ze van me houden. Ze durven ook nog te vragen of ik ook van hen hou en als ik zeg nou nee en nu laat je me met rust en loop je door, vragen ze doodleuk of ik dan lesbisch ben… Juist. Kijk eens in de spiegel… Het eten is een mix van Aziatische keukens en ik heb een typische Fijiaanse maaltijd op: Lovo. Een bord met vis, kip, spinazie, salade, aardappel en iets onbestemds. Heerlijk.

Gisteren ben ik aangekomen in Vancouver, waar Dagmar op me stond te wachten. Een maandje samen met haar door Canada touren staat op de planning.

Foto’s

5 Reacties

  1. Petra:
    10 juni 2014
    Zo, dat is me weer eens een beleving! Veel van je verhalen doen me denken aan mijn tijd in Australie. En gaaf he die walvissen. Ik heb ze ook mogen zien, al 'kotsend' van zee ziekte over de reling. maar boeien...
    Ik wist niet dat je ook nog Canada ging zien. Het houdt niet op! Dat wordt straks weer afkicken in ons vlakke kikkerlandje...
    Geniet nog maar even, want hier in Holland is het toch net even wat anders....
    Liefs Petra
  2. Jeanne de Bresser:
    11 juni 2014
    Hoi Daphne,

    De naam Dino klinkt ook zo liefelijk, ik wist niet dat het oppassen geblazen is met deze beesten. En nu op weg naar Canada. Op deze manier van reizen raak je weer gewend aan het westerse leven. En is de omschakeling als je weer thuis komt misschien minder heftig als dat je vanuit Azie naar Europa reist. Geniet ze daar, wij genieten ook van het mooie weer. Veel plezier,
    liefs Jeanne
  3. Dees:
    11 juni 2014
    Heerlijk om weer een verhaal van je te lezen! Fiji klinkt goed! Van Australië wist ik t al... Hihi Ben heel benieuwd hoe het in Canada zal zijn! Veel plezier ladies!
  4. Ans van der linden:
    11 juni 2014
    Hoi Daphne, je verhaal over Australië voelt wel goed. Ik heb het gevoel dat dat meer relaxed was dan de periode ervoor. Dingo's zijn inderdaad niet de liefste beesten. wat erg van het baby'tje. De skyline klinkt geweldig in de oren, ik blijf liever op de grond. wel goed dat je het hebt meegemaakt.
    Fiji is weer heel anders. erg van de hondjes en onsierlijk zo als ze er mee omgaan. En nu Canada. Heb je Vancouver bezocht. Ik vond het een geweldige stad. Waar ga je verder nog naar toe in Canada? Ik hoop dat je nog erg geniet, waar je ook bent in Canada. de mensen zijn bijzonder aardig en behulpzaam. Nog een fijne tijd en tot ziens in Nederland!?
    Lieve groet Ans
  5. Ilse:
    18 juni 2014
    Dank je wel weer voor je mooie verhaal Daphne! Zie uit naar de volgende. Nog veeleispleizer toegewenst. Ilse